Terwijl nieuwe verlangens gloren -
onbeholpen want de vreugde kwijt,
bovendien bekeerd tot eenzaamheid -
blijft wat nimmer is geweest mijn zielerust verstoren.
Ergens in de tijd hoop ik dat wij behoren,
rede vertelt mij evenwel altijd
iets geheel anders tot mijn spijt,
geestdriftig breng ik het onder woorden.
Soms wil ik eraan ontsnappen,
onmogelijk of niet,
mijzelf voorgoed bevrijden -
blind passages schrappen,
en negeren dat ik tekort schiet;
rigide eerlijkheid vermijden.
onbeholpen want de vreugde kwijt,
bovendien bekeerd tot eenzaamheid -
blijft wat nimmer is geweest mijn zielerust verstoren.
Ergens in de tijd hoop ik dat wij behoren,
rede vertelt mij evenwel altijd
iets geheel anders tot mijn spijt,
geestdriftig breng ik het onder woorden.
Soms wil ik eraan ontsnappen,
onmogelijk of niet,
mijzelf voorgoed bevrijden -
blind passages schrappen,
en negeren dat ik tekort schiet;
rigide eerlijkheid vermijden.
<< Home